donderdag 29 juli 2010

Parc du Bic

Parc du Bic

Soms ben je zomaar ineens heel erg aan vakantie toe. Na de drukte van onze semi-verhuizing, een deadline op het werk, en een alles overtreffende hittegolf in Montreal, kwam dit gevoel ineens heel sterk op. En wie ben ik, om zo'n belangrijk, door het lichaam afgegeven signaal te negeren?! ;-) Aldus de eerstvolgende donderdag vrij genomen, autootje gereserveerd, kampeerspullen achterin gegooid, en samen op weg voor een extra lang weekend!

Zo ontsnapten we uit het benauwde Montreal en zetten koers richting noordoosten, langs de zuidoever van de Saint-Lawrencerivier. De echte kust zat er met zo'n kort tripje helaas niet in, maar ook halverwege geeft de rivier, die eigenlijk meer een grote zeemonding is, al het idee dat je aan de kust bent. Inclusief frisse bries en lekkere zeelucht.

Als bestemming hadden we het piepkleine Parc du Bic uitgekozen, op een kleine zes uur rijden van Montreal. Dit provinciale natuurpark is volgens de Lonely Planet een van de kleinste maar ook mooiste parken van Quebec. Inmiddels wel een beetje uitgekeken op de weliswaar mooie, maar ook eentonige bossen, heuvels en meren van het binnenland, verheugde ik me op de baaien, strandjes, eilandjes en prachtige uitzichten die ons in dit parkje te wachten zouden staan.

Camping Saint-André


Na een voorspoedige rit installeerden we ons op de camping municipal van Saint-Fabien, een klein dorp net buiten het park. Naast de eigenlijke camping, was er aan de overkant van de weg ook een "camping rustique", met prachtige door bomen afgeschermde plekken voor kleine tentjes. Tentje opgezet op het hiervoor bestemde houten platform, potje gekookt, en met een lekker flesje wijn de zon onder laten gaan.

Na een heerlijke koele nacht, en een ontspannen kampeerontbijtje waarbij tot drie keer toe een vosje voorbij kwam struinen, zijn we naar het Parc du Bic gereden. Voor de ochtend hadden we de beklimming van het hoogste punt van het park gepland. Een niet al te lastige hiking trail door het bos, waarbij we zo nu en dan tussen de bomen door een glimp van het water konden opvangen. Eenmaal bovenop de 346 meter hoge Pic Champlain, konden we vanaf het houten uitkijkplatform pas echt van het uitzicht genieten. Prachtige baaien, omringd door grillige heuvels en eilandjes, in de verte een schattig dorpje aan het water, prachtig! Ook meteen een mooie plek om de meegebrachte lunch soldaat te maken natuurlijk.

Parc du Bic Parc du Bic Parc du Bic


Na deze actieve start hebben we ´s middags op het gemak de rest van het park verkend. Lekker langs het strand gelopen, de verschillende baaitjes afgestruind en over de rotsen geklauterd. Met de auto nog de rest van het park doorgereden, maar zoals gezegd is het zeer klein, dus aan het eind van de middag konden we het Parc du Bic van onze lijst afvinken: been there, done that! Terug op de camping hebben we na een simpele sandwich als avondeten, bij het gezamenlijke kampvuur nog even gezellig met een aardig Frans stel zitten kletsen, alvorens van een tweede koele nacht op rij te gaan genieten.

Op zaterdag zijn we rustig aan langs het water terug richting Montreal gaan rijden, met het plan om ergens halverwege te overnachten. Onderweg regelmatig even gestopt in de talrijke schattige dorpjes. Bakkie koffie gedaan in Saint-André in een alternatieverig tot koffiehuis-en-kunstgalerij omgetoverd oud schoolgebouwtje. Ook nog even over het wandelpad langs het water naar een klein houten vuurtorentje gelopen. Het vuurtorentje was gewoon open, stoelen en tafel erin, en een briefje met het verzoek om bij het verlaten, de rommel op te ruimen en de ramen dicht te doen. Ik zag mezelf al gaan, met een krantje onder m'n arm en een bakkie koffie in de hand, op weg naar m'n vuurtorentje om even lekker daar te zitten lezen en over de rivier uit te kijken. De 673 inwoners van Saint-André boffen maar!

Hmmmm Petit Phare Bus


Ook verderop waren de dorpjes schattig, en de sfeer uitermate relaxt. In Kamouraska, een aangename toeristenfuik met lokale schilderijtjes en sieraden, en bont gekleurde houten huisjes, hebben we op het terras van een restaurantje lekker geluncht met uitzicht op het water. Er stond een fris windje, we hebben zelfs onze fleecevesten aangehad! Hiervan hadden we de afgelopen weken in de benauwde hitte van Montreal alleen maar kunnen dromen!

Uiteindelijk hebben we in Saint-Jean-Port-Joli ons tentje opgezet op een kleine camping midden in het dorp. Ook hier weer lokaal vermaak, dit keer in de vorm van een jaarlijks lokaal sculpturenfestival. Na een wandelingetje over de pier van het jachthaventje, hebben we terug op de camping een lekker kampvuurtje gestookt voor een laatste avond ultiem vakantiegevoel.

En zo zat onze minivakantie er zondag al weer op. Wat restte was nog een kleine vier uur in de auto, terug naar Montreal, waar het bij thuiskomst inmiddels ook weer een beetje afgekoeld bleek. Met frisse tegenzin (het vakantiegevoel komt er na 4 dagen altijd pas echt goed in) kon weer aan de nieuwe werkweek begonnen worden!

roadtrip-parc-du-bic

zaterdag 3 juli 2010

Huisje boompje beestje

En zo is het al weer juli! Bijna ongemerkt vliegt de tijd voorbij en is het jaar 2010 al weer door midden. De hoogste tijd om de blog weer eens bij te werken.

Het eerste nieuwtje is dat Steph en ik sinds 1 juni officieel samen wonen! Zaten we voorheen in onderhuur, inmiddels hebben we samen het officiële huurcontract getekend bij onze huisbaas/onderbuurman. Ook zijn de meubels en andere spullen van de vorige huurster inmiddels grotendeels de deur uit, en zijn we hard bezig om 'ons' appartementje naar eigen smaak in te richten. Dat betekent veel gesjouw en heen en weer gerij, maar ook euforische momenten zoals de aflevering van onze nieuwe bank, een meubelstuk dat we tot nu toe moesten missen.

Het tweede nieuwtje is, dat ik sinds 1 juli een baan heb. En de werkgever is...... Hippo! Bijna een jaar nadat ik ontslag nam, ben ik weer in loondienst bij mijn oude werkgever. Ik deed de afgelopen tijd al het nodige werk op freelancebasis, en dat is wederzijds zo goed bevallen dat de samenwerking weer een wat vastere vorm heeft gekregen. Ik blijf gewoon vanuit Montreal werken, in mijn gedeelde kantoor bij Station C. Wel zal ik sporadisch naar Californië afreizen om een weekje vanuit het kantoor van Hippo USA te werken, een contractuele verplichting waar ik me natuurlijk prima in kan vinden!

En zo vliegt de tijd dus voorbij met werken en allerlei woongerelateerde beslommeringen. Het lijkt wel een normaal leven! Gelukkig lukt het zo nu en dan ook om nog even te gaan mountainbiken. Via de lokale club heb ik wat mensen ontmoet waar ik in de weekends mee op pad kan.

Verder laat de zomer zich hier in Montreal weer van zijn meeste benauwde kant zien. Waar ik in het droge Californië of Zuid-Afrika bij temperaturen dik boven de 30 graden prima blijf functioneren, heb ik hier bij een graadje of 25 al het gevoel dat ik overkook. Wat niet helpt, is dat het 's nachts vaak niet eens onder de 20 graden komt. Op kantoor is er gelukkig air conditioning. Thuis ben ik vaak niet tot veel meer in staat dan met mijn voeten in een bak koud water en een ventilator op m'n gezicht gericht, een beetje lezen of tv-kijken. Ik kijk nu al uit naar de herfst!

Maar ik laat me natuurlijk niet kennen en probeer ondanks de benauwdheid toch van de zomer te genieten. Het barst in Montreal van de festivals, zo zijn we van de week nog even bij het Jazzfestival gaan kijken. En de vele parken in de stad lenen zich natuurlijk uitstekend om een plekje in de schaduw van een boom op te zoeken, een lekkere picknick te improviseren en de smeltkroes van culturen die hier samenleven aan je voorbij te laten trekken.

Kortom, het leven hier gaat z'n gangetje, misschien wat minder spectaculair dan de afgelopen twee jaar, maar daarom niet minder aangenaam!